Een bewolkte avond, niet al te koud en het lijkt alsof het elk moment kan gaan regenen. De buienradar is echter zo schoon als mijn pasgewassen fietsshirt wat ik voor mijn computerscherm over mijn hoofd trek. Ik doe de computer uit, ik heb genoeg gezien, we gaan het droog houden. Overtuigd als ik ben neem ik toch maar het regenjack mee in de achterzak. In Nederland weet je het maar nooit!
Het fietsen gaat lekker, er staat niet al teveel wind en de benen voelen goed. Duidelijk hersteld van de lange zaterdag.
Richting de Oude Maas ga ik een fietser in een Caisse d'Epargne-shirt voorbij. Ik hoor dat hij in mijn wiel blijft plakken. Geen probleem, superioriteitsgevoel.
Na 5 min. kleefwerk komt hij mij voorbij en roept : "Ik zal nog even wat kopwerk doen, ik ga zo rechtsaf!"
Laat ik daar nu ook net heen moeten!
"Dan mag je nog wat langer kopwerk doen, daar ga ik ook heen" roep ik hem lachend toe. Hij houdt het nog een minuutje vol maar haakt dan blazend af, een shirt zegt ook niet alles.
Na de Heinenoordtunnel ga ik linksaf richting Puttershoek. Net voorbij de bosstrook als ik de Buitengorzen op rij hoor ik een diepe zucht linksachter mij.
Een blauwe helm ontwaar ik in mijn ooghoek, een bezweet gezicht en een stem die zegt : "Dat deed even zeer!"
Mijn hersencellen happen naar zuurstof en ik concludeer dat het hem enige moeite heeft gekost om in mijn wiel te komen. Hij vertelt dat hij uit zijn werk komt en dus elke dag van Rotterdam naar Puttershoek fietst, vice versa.
Ik breng hem in mijn wiel tot aan de Suikerfabriek waar hij linksaf slaat. Ik ga naar rechts. Weer een pakje afgeleverd.
Ik fiets weer alleen en het is tijd voor wat tempo's. Rammen op de pedalen, het gaat lekker. In no time ben ik weer bij de ingang van de tunnel, 100 meter voor mij duikt een fietser net het donkere gat in.
Onder in de tunnel zie ik hem voor mij rijden, een silhouet in het witte schijnsel van de overkant. Ik loop langzaam op hem in en precies als we boven zijn ga ik hem voorbij en sla direct rechtsaf. Hij volgt.
Ik ben snel hersteld van het klimmetje en voer het tempo wat op terwijl ik even omkijk. Ik kijk in het nog nahijgende gezicht van de fietser die zeker 15 cm boven mij uitsteekt. "Even bijkomen hoor!", roept hij mij met al zijn lengte toe.
"No problemo", roep ik terug. Na de aanblik van een retro Kelme-shirt kan ik de verleiding niet weerstaan.
Een kilometer of 4 verder slaat hij rechtsaf en gaat Heerjansdam in. Ik hoor nog net dat hij "Bedankt!" roept terwijl hij uit mijn achterwiel verdwijnt. Dat was pakje nummer 3.
Na de bekende brug die ik al ontelbare malen heb beklommen komt Capelle al snel weer in zicht. Mijn koeriersdienst zit er na 65km en precies 2 uur op. Geen pakjes meer. Ik heb honger.
dinsdag 26 augustus 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten